Colombia begint een steeds populairdere bestemming te worden, en terecht! Veelal is dit natuurlijk te danken aan de Netflix serie Narcos over Pablo Escobar en het Medellin kartel, maar ook het feit dat de vredesonderhandelingen tussen de Colombiaanse overheid en de FARC steeds meer progressie vertonen.
1. De hoofdstad Bogota
De hoofdstad en tevens grootste stad van Colombia. Slapen kun je prima in de koloniale wijk Candelaria. Ik koos voor Fernweh Photography hostel. Wat een oh zo toepasselijke naam heeft; de Duitse taal kent namelijk een woord voor het tegenovergestelde van “heimwee” namelijk Fernweh, wat staat voor het verlangen naar onbekende situaties. Het hostel wordt gerund door Angelica en Andy. Hij fotografeerde o.a. voor Vice Magazine en veel van zijn prachtige foto’s zijn hier ook te koop. In deze wijk kun je ook prima stappen, genieten van een lekkere lunch of een biertje drinken bij Bogota Beer Company. Want ook hier is de trend voor zelf gebrouwen bier overgewaaid. Wat zeker aan te raden is, is de Graffiti Tour. Gratis, maar tip wordt op prijs gesteld.
Bogota ligt op 2600 meter hoogte waardoor het er net iets kouder en regenachtiger is dan in de rest van het land. Een bezoek aan een museum is dan ook aan te raden. Zo is de bekendste het Museo d’Oro, oftewel het goudmuseum. Maar een veel leuker museum is Museo Botero. Deze hangt vol met werk met de uit Medellin afkomstige Fernando Botero, zijn stijl bevat beelden en schilderijen met afbeeldingen van dikke mensen die zeer geestig zijn geportretteerd, maar ook herbergt dit museum een grote verzameling van o.a Monet, Picasso, Dali en Klimt. Toegang is gratis.
Heb je de tijd en schijnt de zon neem dan de kabeltrein naar Monsarate en kijk uit over de stad. En altijd goed op een zondagmiddag is het afstruinen van een vlooienmarkt. Bijvoorbeeld Mercado de Pulgas San Alejo.
2. Paragliden in San Gil
Ga je verder richting het noorden dan kom je onderweg langs San Gil. Vanaf hier worden verschillende sportieve outdoor activiteiten aangeboden waaronder Paragliding, raften, kanoën en bungeejumpen. Zelf heb ik mij ondanks mijn hoogtevrees gewaagd aan Paragliding boven de Chicamocho Canyon op een hoogte van 2000 meter.
3. De witte straten van Villa de Leyva
Op vijf uur ten noorden van Bogota vind je Villa de Leyva. Een koloniale plaats die zich bevindt in een vallei. Behalve rondstruinen door de witte straatjes kan je ook kiezen om de zeven watervallen te bezoeken of paard te rijden. ’s Avonds verzameld iedereen zich op de trappen van de Plaza Mayor om biertjes te drinken of een fles rum soldaat te maken met locals en mede backpackers. Slapen deed ik hier in het Buda Hostel. Hier geniet je tijdens een kampvuur van het mooie uitzicht over de stad en de vallei.
4. Kleurrijk Cartagena
De een vindt het een geweldige stad, de ander vindt er niks aan. Begrijpelijk, de meeste toeristen blijven binnen de muren van het oude stadscentrum. Een mooi stukje, maar erg toeristisch en bovendien erg duur. Wil je gewoon lekker feesten ga dan net buiten de stadsmuur zitten in het Roof hostel, of ga naar een van de clubs buiten de muur! Vanaf Cartagena kun je gemakkelijk een boot charteren richting de San Blas eilanden en je weg over zee vervolgen naar Panama.
5. Kamperen in Minca
Vanuit ieder hostel wordt wel een dagtocht aangeboden, maar zoals alles op reis is het natuurlijk veel leuker om dit zelf te doen en er een paar dagen te blijven. Neem een Collectivo naar Minca en stap daar achterop een van de motortaxi’s. Lopen kan ook, maar dat duurt een stuk langer en is minder avontuurlijk. Kies om te slapen een overnachting in Bushcraft. Hier kan je slapen in een reeds opgezette tent, dus je hoeft zelf geen campingspullen mee te nemen. De eigenaar kan je alles vertellen over het leven in de jungle, en bereidt na een beste wandeling langs watervallen en koffieplantages de heerlijkste cocktails voor je. Als je twee nachten in Minca blijft, wat ik zeker aanraad, ga dan ook eens naar Casa Elemento en kijk vanuit een van de grootste hangmatten uit over Santa Marta. Dit is overigens een party hostel en zijn ze ook niet vies van een beetje LSD heb ik mij laten vertellen.
6. Salsa dansen in Santa Marta
Voor velen een thuiskom basis omdat de omgeving en de Caribische kust zoveel te bieden heeft, en Santa Marta een erg fijn plekje is om even op adem te komen voor een volgende trip. Maar vergeet zeker niet om ook Santa Marta zelf te ontdekken. Laat je heupen wiegen in een van de vele salsa barretjes, of kijk je naaste eens diep in de ogen als je eet in de nauwe straatjes onder de lampionnetjes.
7. Paradijselijk Tayrona Park
Het paradijs bestaat wel degelijk! Denk witte stranden, blauwe zee en een jungle met apen op één plek! Dit park is via twee mogelijkheden te bereiken, enerzijds met de boot vanaf Taganga. Doe dit alleen als je een sterke maag hebt en niet bang aangelegd bent. Ik heb een aantal stoere jongens behoorlijk wit zien wegtrekken tijdens deze boottrip. Een andere mogelijkheid is om je te laten afzetten bij de ingang van het park vanwaar het nog 2 uur lopen door de jungle is naar het aankomstpunt van de boot. Slapen kan in een van de kampen. Daar kun je vervolgens kiezen of je slaapt in een van de hangmatten of in een tent. Het kamp heeft sanitaire voorzieningen, een klein winkeltje met toiletartikelen en een restaurant. Mij deed het qua sfeer erg denken aan Lowlands.
8. Noordelijkste punt van Zuid Amerika; Punta Gallinas
Een van de indrukwekkendste plekken van Colombia, te meer omdat dit gepaard ging met het avontuur wat er aan vooraf gaat. Dit komt met name omdat dit punt nauwelijks te bereiken valt als je de Lonely Planet of de gemiddelde reisblog erop naslaat. Vanaf Santa Marta kan je met een bus naar Quatro viajas.
Je kunt ook gaan naar Riohacha en bij deze busterminal opstappen, maar dan ben je iets meer geld kwijt. Hier stap je over in een open 4×4 richting Cabo de la Veja. Deze tocht duurt ongeveer 1,5 uur. Let goed op je spullen want je waait praktisch de bus uit! Onderweg zul je langs Uribia komen. Een dorp wat gelijk al een geheel ander beeld geeft van Colombia, en sterk deed denken aan India. Hierna bestaat de tocht louter nog uit een lange zandweg. Aangekomen in Cabo de la Veja kan je slapen in een van de vele hostels waarvan er een paar hangmatten hebben met uitzicht op zee. Verwacht overigens niet standaard stromend water. Veelal zul je je moeten wassen met een emmer en een bakje. Hetzelfde geldt voor het doorspoelen van het toilet. Cabo de la Veja staat bekend om zijn kitesurfen. Maar ook als je hier niet van houdt is het toch de moeite hier een paar dagen te blijven om te wandelen langs de baai en te genieten van verse kreeft!
Nu is het tijd voor het volgende deel, de tocht naar Punta Gallinas. Hiervoor charter je een 4×4 die er nog ongeveer 3,5 uur over doet. Deze weg is een stuk indrukwekkender. Verwacht echter geen verharde wegen, want ook hier zal de rit je maaginhoud stevig op de proef stellen. Het eerste gedeelte is helaas een deel waar je vooral veel vuilnis treft. Daar tussen woont de Wayuu stam hier in lemen hutjes. Deze weg is met name een bekende smokkelroute tussen Venezuela en Colombia. De Wayuu stam krijgt van de regering geen water en zo zal je om de tien meter een paar kinderen zien opgesteld met een provisorisch gespannen touw wat voor een tolweg moet fungeren. Geef hen water of geld (zodat ze zelf water kunnen kopen) en ze zullen het touw voor je laten vieren. Uiteraard maak je deze kinderen ook heel blij met snoepjes. Hierna word je per boot gebracht naar een van de kampen die ook bestaan uit hangmatten of chichorro (een door Wayuu gehaakte luxe hangmat die iets meer bescherming geeft, het kan in de woestijn nogal koud worden) of een privé kamer. Vanaf de kampen kan je naar het uiterste noorden waar zich de vuurtoren bevindt. Iets verder bevinden zich de 60 meter hoge zandduinen waar je vanaf kunt rollen, en natuurlijk kunt kijken naar de zonsondergang.
9. Rooftopbars in Taganga
Volgens sommige reisgidsen een “dodgy place”. Het heeft zeker niet het mooiste strand, of de mooiste vergezichten. Maar als je op twintig minuten even uit de stad wilt ontsnappen is het een prima plek om je handdoekje uit te rollen. Bovendien is dit de goedkoopste plek in Colombia als je wilt gaan duiken. Ga daarna vooral stappen op een van de rooftopbars. Let wel op met drugs, voor je het weet wordt je aangehouden door een van de vele corrupte agenten die Colombia rijk is. Zie “I don’t like the drugs..”voor dit spannende avontuur.
10. De stad van Narcos, Medellin
De stad van Pablo Escobar. Althans, dat was het. Een stad die tot de jaren tachtig in de ban was van het Medellin kartel, en ruim 4000 moorden per jaar telde. Nog steeds zijn er genoeg tochten langs o.a. de huizen van Pablo Escobar en wordt hij door velen als een martelaar gezien. En hoewel sommige arme mensen veel aan hem te danken hebben, heeft hij nog steeds een naam die je niet graag wilt uitspreken. Maar dit Medellin is veranderd, en hoe! De stad is ontzettend schoon, en met de komst van de metro en de kabelbaan zijn ook de sloppenwijken voor de inwoners zeer toegankelijk. Als je blijft zitten tot het eindpunt wordt je verrast, je komt dan uit in het Parque Arvi. Groener dan groen en je bent gelijk even in de natuur. Een ontzettend leuke wijk is El Poblado, wat je kunt vergelijken met Hamburg of wellicht wel Berlijn! Hier heb je totaal niet het meer het idee in Zuid Amerika te zijn, op de salsa muziek na, maar waan je je in een ontzettend hippe urban sfeer met leuke barretjes, goede cocktails en veelal vegetarische eettentjes.
11. Hippie village Guatape
Op twee en half uur vanaf Medellin ligt Guatape. Een rustig stadje waar veel inwoners van Medellin heen gaan om even aan de drukte van de grote stad te ontsnappen. Het centrum is klein, maar kleurrijk. Maar het absolute hoogtepunt van de stad is El Penon de Guatape. Het is een klim van 740 treden maar dan heb je wel een van de mooiste uitzichten die je je kunt wensen over alle meren. Om te overnachten raad ik je een verblijf in Casa Kayam aan. Mits je houdt van het hippie sfeertje, en het gevoel wilt hebben dat je een grote familie hebt. Iedereen met een ruimdenkende geest, is hier meer dan welkom; van jong tot oud, honden, kinderen, homo’s en lesbiennes. Verwacht elke avond gitaar getokkel, geniet van verse (biologische) taartjes, kook samen, eet met z’n allen aan de lange tafel, en geef op wat je artistieke kwaliteit is. Zo kun je hier schilderen, tuinieren tatoeëren, genieten van holistische massages, yoga lessen etc. Door de relaxte sfeer is er volgens mij nooit iemand na een dag weggegaan!
Ik heb vijf weken gereisd door Colombia. Als je drie weken de tijd hebt, adviseer ik ongeveer de volgende route: Bogota voor 2 a 3 dagen, dan omhoog naar Villa de Leya en dan naar Santa Marta. Vanuit hier kun je vervolgens het park in. Ongeveer een week kan je je dan zeker in de deze omgeving vermaken. Daarna zou ik richting Cartagena gaan. Twee dagen kun je je hier vermaken, maar dan heb je het wel gezien en dan… Richting Medellin! Hier zou ik ongeveer drie dagen naartoe gaan, want één ding is zeker: Medellin is zo gaaf. Toch eindigt je reis niet hier, vanuit hier zou ik richting de koffieplantages gaan. Ben ik zelf overigens niet geweest maar had het eigenlijk wel willen doen. En daarna? Naar het zuiden! Cali kan je wat mij betreft skippen of ik zou alleen gaan voor een dagje salsa dansen in het weekend. San Augustin is verder ook prachtig naar het schijnt en als je tijd hebt, doe dan de vier of vijf daagse trekkings in het noorden naar de Verborgen Stad.